Vrede herman de coninck

Herman de Coninck

AuteurTekstInJaarHerman de Coninck, Max. van Leeuwen, Maria Pas, Albert Speekaert, Willy Spillebeen, Piet Thomas, Jos Vandeloo, Jan Vanhaelen, Andre Vansteyvoort en Nic Verlo‘Gedichten’In: Dietsche Warande en Belfort. Jaargang Herman de Coninck‘Herman de Coninck’In: Dietsche Warande en Belfort. Jaargang Herman de Coninck‘Herman de Coninck Gedichten’In: Dietsche Warande en Belfort. Jaargang Herman de Coninck‘Kroniek Herman de Coninck Subtiele alledaagsheid’In: Dietsche Warande en Belfort. Jaargang Herman de Coninck‘Gedicht’In: Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 19Herman de Coninck‘[Twee gedichten]’In: Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 21Herman de Coninck‘Ophelia’In: Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 21Herman de Coninck‘verbeelding De lenige liefde’In: Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 21Herman de Coninck‘Herman de Coninck / Gedichten’In: Dietsche Warande en Belfort. Jaargang Herman de Coninck‘verbeelding De lenige liefde (II)’In: Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 22Herman de Coninck‘[Vijf gedichten]’In: Nieuw V

Herman de Coninck

Profiel

Achternaam: de Coninck
Roepnaam: Herman
Voornamen: Herman August Paul
Geboren:
Te: Mechelen
Overleden:
Te: Lissabon
Pseudoniem(en): Herman de Coninck gebruikte in 'Universitas' het pseudoniem Van Pimpelgem s.j. / Van Pimpelgem esjee.

Voor tweedehands boekenOok van Herman de Coninck
Raban Internet AntiquariaatKlik hier !

Naar Boven

Werk

Poëzie

  • De lenige liefde ()
  • Puur natuur (bibiofiel, 41 ex.) ()
  • Zolang er sneeuw ligt ()
  • Herman de Coninck, Cees Buddingh', Eddy van Vliet (ill. Pierre Lahaut) ()
  • Met een klank van hobo ()
  • Koud als een bosbes ()
  • Onbegonnen werk. Gedichten ()
  • De hectaren van het geheugen ()
  • 44 (bibliofiel, 70 ex.) ()
  • Het tasten van wind (bibliofiel, 35 ex.) ()
  • Te voet over de Lethe ()
  • Het meervoud van geluk (bibliofiel, 35 ex.) ()
  • Teruggevonden gedicht (bibliofiel, 12 ex.)()
  • Enkelvoud ()
  • Pastorale ()
  • Schoolslag ()
  • Nu dus ()
  • Vingerafdrukken ()
  • Slaapliedje voor Laura (bibliofiel, 50 ex.) ()
  • Onze slaapkamergordijnen (bibliofiel, 90 ex.) ()
  • Gebundelde en nagelaten gedichten ()
  • Verspreide gedichten en vertalingen ()
  • De gedichten (Gebundelde en nagelaten gedichten/Verspreide gedichten en vertalingen, door Hugo Brems) ()
  • De mooiste gedichten va

    Herman de Coninck

    Maud trekt met dit gedicht naar de Antwerpse Zoo en gaat met passanten in gesprek over het gedicht.

    Ontdek hier alle uitzendingen van 'Vers geplakt' >>

    Herman de Coninck () staat bekend als de man die zijn volk poëzie leerde lezen. Hij was dichter, journalist, criticus, essayist en tijdschriftleider.

    Al op vijftienjarige leeftijd was hij vastberaden om schrijver te worden. Na zijn middelbare school trok hij dan ook naar Leuven om er Germaanse filologie te studeren.

    Humo en het Nieuw Wereldtijdschrift

    De Coninck startte zijn professionele leven in als leraar, maar al snel, in , werd hij redacteur bij het weekblad Humo. Samen met Piet Piryns deed hij daar spraakmakende interviews. In verliet hij Humo om een nieuw literair-journalistiek tijdschrift te leiden, het Nieuw Wereldtijdschrift. Als tijdschriftmaker, essayist en geliefd en succesvol dichter had De Coninck een uiterst invloedrijke positie in de literaire wereld van die jaren.

    De man die zijn volk poëzie leerde lezen

    Met zijn eerste dichtbundel De lenige liefde () maakte hij poëzie toegankelijk voor iedereen. De Coninck herwaardeerde hierin de gewone taal en dus ook het gewone leven. De gedichten waren in vorm en inhoud een reactie op de experimentele poëzie van de periode daarvoor

    biografie: Herman de Coninck

    Vlaams dichter en essayist ( - ). Studeerde germanistiek te Leuven. Schreef cursiefjes voor het studentenweekblad Universitas, waaruit een keuze verscheen in Lachen tot je zwart ziet (). Was enige tijd leraar en daarna journalist voor het weekblad Humo. Samen met Piet Piryns verzamelde hij de voor dit blad verzorgde interviews in Woe is woe in de Nedderlens (). Werkte voor poëzie mee aan Ruimten, De Standaard en Tirade. In werd hij hoofdredacteur van het Nieuw Wereld Tijdschrift. De Coninck behoort met zijn poëzie tot de Vlaamse neorealisten, over wie hij ook op poëticaal gebied gepubliceerd heeft. Zijn voorkeur gaat uit naar de weergave van de alledaagse werkelijkheid in spreektaal, die door isolering, subjectieve kleuring of kritisch commentaar persoonlijk geladen wordt. Zijn poëticale opvattingen spreken behalve uit zijn essays het duidelijkst uit zijn poëziedebuut De lenige liefde (). De bundel Zolang er sneeuw ligt () is sterk bepaald door persoonlijke ervaringen, in het bijzonder de dood van zijn echtgenote. In Met een klank van hobo () staat de verhouding tussen ouder worden en de kwaliteit van het bestaan centraal. De Conincks poëzie werd bekroond met de Yangprijs (), de Prijs van de provincie Antwerpen (), de Dirk Martensprijs van de stad


    Herman de Coninck: biografie van een dichter

    Een van Vlaanderens bekendste en meest gelezen dichters was de in overleden Herman de Coninck. Hij schreef erg leesbare gedichten, met toch de nodige diepgang. Naast dichter was hij ook opiniemaker, voordrager, redacteur en even zelfs leraar aan de universiteit. Ook jaren na zijn dood blijft hij een van de meest leesbare dichters, waarvan de biografie leest als een van zijn eigen gedichten - vol levensvreugde, liefde en een spectaculair einde.

    Inhoudsopgave


    De jonge jaren: Herman de Conincks zware jeugd

    Herman de Coninck werd geboren op 21 februari te Mechelen. De relatie met zijn ouders verliep, zacht uitgedrukt, moeilijk. Zijn vader was een pedofiel en zijn moeder was een zeer harde vrouw. Deze elementen komen ook vaak terug in zijn gedichten, zoals in een gedicht in de bundel Schoolslagwaarin hij schrijft: “Pas jaren later, ik ben twintig, mag ik weten, ik moest begrijpen dat ’t hem moeilijk viel, nou ja, dat hij niet homoseksueel was, of toch maar een klein beetje: pedofiel.” Ook zijn moeder moest het ontgelden. In het boek Met een klank van hobovertelt hij, in een gedicht, dat zijn moeder acht dagen na de dood van zijn vader aan zijn tante een doodsprentje geeft met daarin een rekening voor wat ze haar nog verontschuldi